Pachytriton labiatus
In de afgelopen jaren is de wetenschappelijke naam een aantal keer veranderd. Van Pachytriton labiatus naar Paramesotriton labiatus, naar Pachytriton granulosus en Pachytriton inexpectatus. De kans is groot dat ik Pachytriton granulosus heb, maar zolang dat nog niet zeker is ga ik uit van Pachytriton labiatus.
Deze salamander leeft van nature in snelstromende wateren, wat ook duidelijk te zien is aan de bouw van dit dier. Een erg slanke salamander met opvallend korte pootjes met korte stompe tenen. De huid is erg glad en zorgt samen met de slanke bouw en korte poten ervoor dat dit dier erg gestroomlijnd is. De krachtige staart is lang en aan het einde word deze hoger en sterk afgerond waardoor deze de vorm krijgt van een peddel. Vandaar de engelse benaming "Paddletailnewt", wat peddelstaartsalamander betekend. De kop is breed en afgeplat, en de lippen van de bovenkaak hangen sterk over de onderkaak. Vandaar de Nederlandse naam "Lipsalamander", en de Latijnse naam Pachytriton labiatus (Labiatus komt van het woord Labiatum, wat lip betekend).
De rugzijde is donkerbruin/bruinrood, en de buikzijde is rood/oranje met een zwarte tekening die per individu verschilt. Sommige exemplaren hebben ook rode en donkerdere vlekken op rug en flanken. Het contrast van de kleuren op zowel buik als rug veranderd regelmatig, waardoor hetzelfde individu in de middag donkerbruin is en laat in de avond een stuk lichter gekleurd is.
Deze salamander leeft van nature in snelstromende wateren, wat ook duidelijk te zien is aan de bouw van dit dier. Een erg slanke salamander met opvallend korte pootjes met korte stompe tenen. De huid is erg glad en zorgt samen met de slanke bouw en korte poten ervoor dat dit dier erg gestroomlijnd is. De krachtige staart is lang en aan het einde word deze hoger en sterk afgerond waardoor deze de vorm krijgt van een peddel. Vandaar de engelse benaming "Paddletailnewt", wat peddelstaartsalamander betekend. De kop is breed en afgeplat, en de lippen van de bovenkaak hangen sterk over de onderkaak. Vandaar de Nederlandse naam "Lipsalamander", en de Latijnse naam Pachytriton labiatus (Labiatus komt van het woord Labiatum, wat lip betekend).
De rugzijde is donkerbruin/bruinrood, en de buikzijde is rood/oranje met een zwarte tekening die per individu verschilt. Sommige exemplaren hebben ook rode en donkerdere vlekken op rug en flanken. Het contrast van de kleuren op zowel buik als rug veranderd regelmatig, waardoor hetzelfde individu in de middag donkerbruin is en laat in de avond een stuk lichter gekleurd is.
Huisvesting
Onderling zijn de dieren vaak agressief, omdat ze een territorium vormen. Daarom kunnen meerdere dieren enkel in grotere bakken bij elkaar worden gehouden. Voor 1 dier is een aquarium van 60 x 30 bodemoppervlak het minimum. De temperatuur moet het liefst onder de 20 graden blijven. Aangezien P. labiatus voorkomt in snelstromende wateren, moet in het aquarium ook wel een stroming staan. De dieren hebben het meeste baat bij een langwerpig aquarium met veel schuilplaatsen. Of je planten toevoegt of niet is eigen keus. Je zal in hun natuurlijk leefgebied niet veel waterplanten tegenkomen. Mijn voorkeur gaat naar bakken die zijn ingericht naar de natuurlijke leefomgeving, dus zitten er bij mij geen planten in. Enkel zand op de bodem, grote stenen die zo zijn gestapeld dat er schuilplaatsen ontstaan. Dit alles in een langwerpig aquarium met een stromingspomp erin, en je hebt een prima onderkomen. Vroeger heb ik wel planten erbij gehad, zoals te zien op sommige foto's. |
Voeding
Deze dieren vormen een territorium, dit komt omdat ze voorkomen in gebieden waar voedsel schaars is. Al het voedsel wat in hun bereik komt is meegenomen. Ook omdat het voedsel schaars is, eten ze erg snel en gulzig, om zoveel en zo snel mogelijk te kunnen eten. Ze eten vrijwel alles, daar zijn ze ook niet moeilijk in. Aangezien ze eraan zijn gewend om weinig voedsel tot hun beschikking te hebben hoeven ze niet veel gevoerd te worden. Meestal is 1-2 keer per week voeren genoeg, afhankelijk van de hoeveelheid. Met een forse regenworm heeft hij wel een week genoeg. Als het warmer is verbranden ze sneller, en moeten dan ook vaker gevoerd worden.
Deze dieren vormen een territorium, dit komt omdat ze voorkomen in gebieden waar voedsel schaars is. Al het voedsel wat in hun bereik komt is meegenomen. Ook omdat het voedsel schaars is, eten ze erg snel en gulzig, om zoveel en zo snel mogelijk te kunnen eten. Ze eten vrijwel alles, daar zijn ze ook niet moeilijk in. Aangezien ze eraan zijn gewend om weinig voedsel tot hun beschikking te hebben hoeven ze niet veel gevoerd te worden. Meestal is 1-2 keer per week voeren genoeg, afhankelijk van de hoeveelheid. Met een forse regenworm heeft hij wel een week genoeg. Als het warmer is verbranden ze sneller, en moeten dan ook vaker gevoerd worden.